Breng mij naar het informatiepaneel!


In de nacht van 16 op 17 juni 1942 voerde de Royal Air Force met 106 bommenwerpers een aanval uit op Essen. De schade in Essen als gevolg van het bombardement was zeer beperkt. Dit omdat maar zestien bommenwerpers erin slaagden Essen te vinden. 56 andere bommenwerpers bombardeerden gelegenheidsdoelen waarvan 45 toestellen Bonn als secundair doel bombardeerden. Eén van deze toestellen die deelnam aan deze aanval op Bonn was Halifax Mk.II W7651 DY-M van RAF 102 (Ceylon) Squadron.

In de middag van 16 juni werd de bemanning van Halifax W7651 DY-M als één van vele gebrieft en verteld welk doel ze moesten aanvallen. Het primaire doel zou Essen worden wat enkel met een dicht wolkendek aangevallen zou worden. Mocht het wolkendek onvoldoende gesloten zijn diende er uitgeweken te worden naar Bonn.

19 Juni 1943: Halifax Mk. II DT743 DY-O van RAF 102 (Ceylon) Squadron begint met opstijgen in het schemer terwijl personeel toekijkt en zwaait

Bron: IWM

De Canadese piloot Warrant Officer Second Class William R. Davies zou achter het roer van Halifax W7651 DY-M plaatsnemen. Co-piloot Francis G. Peebles, uit Canada, vulde de bemanning aan tot acht en ging mee om ervaring op te doen voordat hij zijn eigen vliegtuig en bemanning kreeg. Halifax W7651 DY-M steeg die avond om 23:04 uur van vliegbasis RAF Topcliffe in Engeland, beladen met 3x1000lbs. GP bommen en 32x30lbs en 720x4lbs brandbommen.

Voor meer informatie over de bemanning van Halifax W7651 DY-M, klik op onderstaande uitvouwbare balk.

William Robert 'Bill' Davies werd op 25 december 1916 geboren in Peterborough, Ontario als zoon van William John en Annie Davies, beide geboren in Engeland. De familie was Anglicaans van religie. Bill's vader werkte als netwerkbeheerder bij Bell Telephone Corporation.

Bill volgde in Ontario zijn onderwijs waarna hij als klerk aan de gang ging bij Ike Peterborough Lumber Corporation. In zijn vrije tijd hield Bill van zwemmen, softbal en jagen.

In mei 1939 meldde Bill zich aan bij de Royal Canadian Air Force maar hier werd hij niet toegelaten. Hierop besloot hij zich op 1 augustus 1940 aan te meldde bij 57th Regiment of Infantry 'Peterborough Rangers' Prince of Wales Rangers. Hier kreeg hij identificatienummer 'C/461610'. Echter voor hij de opleidingen afgesloten had, stapte Bill op 15 oktober 1940 met de rang Private weer uit dienst.

Nog geen tien dagen later, op 24 oktober 1940, meldde Bill zich opnieuw aan bij de Royal Canadian Air Force. Ditmaal werd hij wel toegelaten en kreeg hij het identificatienummer 'R/78493'. Bill werd beschreven als een "goed opgeleide jongeman, respectvol, snel en intelligent. Uitstekend materiaal voor vliegtuigbemanning en zou een goede piloot of waarnemer/navigator moeten zijn". Aangeraden werd om Bill op te leiden tot piloot, echter wilde hij zelf opgeleid worden als boordschutter. Deze wens kwam hoogstwaarschijnlijk voort uit zijn hobby jagen.

Tijdens zijn basisopleiding verliet Bill zonder toestemming van het defilé. De reprimande bestond uit het inhouden van zijn loon van één dag. Naast dit akkefietje wist Bill succesvol zijn basisopleiding in Canada af te ronden.

Op 20 mei 1941 trouwde Bill in Peterborough, Ontario met Marion Elsa Downing (1914-1991).

Bill en Marion Davies in Halifax, Nova Scotia, juni 1941

Hierna werd hij naar Engeland verscheept om aan zijn operationele opleiding te beginnen, waar hij op 18 juni 1941 aankwam. Bij No.19 Operational Training Squadron (OTU) werd Bill van 22 juli 1941 tot 12 september 1941 opgeleid tot operationeel piloot. Hier vloog hij 73 uur met een instructeur, 23 uur als co-piloot en 91 uur alleen. Na zijn opleiding op de Armstrong Whitworth Whitley succesvol af te hebben gerond, werd Bill op 28 september 1941 ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron.

Bij RAF 102 (Ceylon) Squadron vloog Bill de volgende missies als co-piloot om ervaring op te doen:

  • 10 op 11 september 1941; Oostende, in Whitley Z6974
  • 6 op 7 oktober 1941;  Duisburg, in Whitley Z9128
  • 22 op 23 oktober 1941; Mannheim, in Whitley Z9126 (het toestel keerde echter na twintig minuten al terug)
  • 1 op 2 november 1941; Kiel, in Whitley Z9128
  • 17 op 18 december 1941; Brest, in Whitley Z6959 (het doel tijdens deze missie waren de Duitse slagschepen Scharnhorst en Gneisenau die in Brest gerepareerd werden)

Vanaf januari 1942 werden de tweemotorige Armstrong Whitworth Whitley's bij RAF 102 (Ceylon) Squadron omgewisseld voor de viermotorige Handley Page Halifax. Hierdoor vloog het Squadron vanaf januari 1942 tot april 1942 geen missies zodat de bemanningen en het personeel opgeleid konden worden voor de Halifax. 

Met de Halifax vloog Bill de volgende missies:

  • 5 op 6 mei 1942; Nantes, in Halifax R9530 (in plaats van Nantes werd Cherbourg gebombardeerd)
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 5 op 6 juni 1942; Essen, in Halifax W7706
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

Bill was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Het graf van Bill vlak na de oorlog

Francis Garfield 'Frank' Peebles werd op 30 mei 1920 geboren in Winnipeg, Manitoba, als zoon van Matthew 'Garry' Garfield en Grace Peebles (geboren Reid). Naast zijn ouders woonde ook zijn oma en opa (vaders kant) en drie huurders in hetzelfde huis.

Het geboortecertificaat van Frank

Frank volgde zijn onderwijs in Winnipeg, waarna hij ging werken als ouvreuse in het lokale theater dat van zijn vader was. In zijn vrije tijd hield Frank van softbal, tennis, zwemmen en hockey.

De ouders van Frank runden de bioscoop eerst en kochten hem daarna. Ze verkochten het in 1944. Grace was een volleerd orgelspeelster en speelde recitals in de stad en bij het begin van films.

Grace stond aan het hoofd van de War Services Association. Ze werd ook genoemd als een gewaardeerd lid van de groep die geld inzamelde voor het Dauphin Memorial Community Centre. Grace was ook voorzitster van de Auxiliary van het Royal Canadian Legion. Ze stond ook ooit aan het hoofd van de Hostess Club. De Hostess Club was een project van de Dauphin War Services Association.

Matthew was lid van de Rotary Club in Dauphin en de manager van de lokale omroep. Daarnaast was hij eigenaar van Peebles Motors. Hij was een van de oprichters van het bestuur van de Dauphin Broadcasting Company en zijn vrouw volgde hem op in het bestuur. Ze stonden ook toe dat hun bioscoop gebruikt werd voor amateurtoneelproducties.

Op 12 augustus 1940 meldde Frank zich aan bij de Royal Canadian Air Force. Voorzitter van de Wetgevende Raad van Manitoba, Robert Hawkins, schreef een aanbevelingsbrief aan de Royal Canadian Air Force: "Ik ken deze jongeman al zijn hele leven, hij komt uit een bekende en zeer gerespecteerde familie, woont hier al zo'n twintig jaar en is een jongeman met een eersteklas karakter en integriteit. Hij is zeer intelligent, bekwaam, goed gemanierd en van goede komaf. Ik beschouw hem als iemand met uitzonderlijke capaciteiten en weet zeker dat hij een eersteklas man in dienst zal zijn".

Frank werd toegelaten tot de Royal Canadian Air Force en kreeg hij identificatienummer 'R/59671'. Hij gaf aan geïnteresseerd te zijn in een functie als boordschutter, echter begon hij aan zijn opleiding tot piloot bij No.14 Elementary Flying Training School in Portage la Prairie, Manitoba. Hier leerde Frank de basis van het vliegen in de Tiger Moth, van 16 januari 1941 tot 17 maart 1941. Hij haalde de opleiding en werd als 'gemiddelde piloot' bestempeld. Frank werd beschreven als een "vlotte, snel lerende student. Heeft geen vertrouwen in eigen kunnen en zal waarschijnlijk slecht presteren op een toets. Heeft zeker vliegvaardigheid".

Frank (rechts) schud de hand van zijn mede geslaagden (specifiek Howard Stephenson Hill, de broer van Raymond Hepton Hill, de latere radiotelegrafist van Halifax DT630 VR-T)

Frank vervolgde zijn opleiding bij No.3 Service Flying Training School, van 10 april 1941 tot 3 juli 1941. Hier leerde hij vliegen op de tweemotorige Avro Anson. Uiteindelijk wist Frank 500 van de 750 haalbare punten te halen en werd hij beschreven als "een gemiddelde piloot. Geforceerde landingen zijn zwak. Gemiddelde kennis van het toestel is zwak".

Bovenstaande conclusie is wellicht gebaseerd op een gebeurtenis op 9 juni 1941. Op deze dag maakte Frank een trainingsvlucht in Avro Anson 6324 en zette hij uiteindelijk de landing in. Dit ging echter niet volgens plan, en Frank vloog met zijn toestel door het hek aan het einde van de landingsbaan. Dit was echter niet de eerste keer dat het fout ging. Tijdens zijn opleiding op de Tiger Moth raakte Frank op 23 februari 1941, vliegende in Tiger Moth 4123, verdwaald tijdens het oefenen van geforceerde landingen. Frank raakte door zijn brandstof heen, waardoor hij besloot een noodlanding te maken. Tijdens de landing sloeg het toestel voorover waardoor de propellers afbraken.

Ondanks alle tegenslagen wist Frank zijn opleiding succesvol af te ronden, waarop hij naar Engeland werd verscheept om aan zijn operationele opleiding te beginnen. Hier waar hij op 16 augustus 1941 aan en meldde zich bij No.19 Operational Training Squadron (OTU). Hier werd Frank vanaf 22 september 1941 opgeleid tot operationeel piloot.

Na zijn opleiding op de Armstrong Whitworth Whitley succesvol af te hebben gerond, werd Frank op 23 december 1941 ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron.

Bij RAF 102 (Ceylon) Squadron vloog Frank de volgende missies als Co-piloot om ervaring op te doen:

  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax R9942
  • 16 op 17 juni 1941; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

Frank was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Edward Frederick Lloyd werd in 1917 geboren, waarschijnlijk in Slough, Berkshire als zoon van Charles Thomas Lloyd en Florence Margaret William. Edward trouwde met Annie Helena Lloyd (mogelijk geboren als McDonagh), uit Reedham, waarschijnlijk in begin 1942. Zij woonden aan 82 Dolphin Road te Slough.

De familie verhuisde naar Slough, waar Edward bij de scouting ging. Hij werd lid van 3rd Slough Group.

In het begin van de oorlog meldde Edward zich aan bij de Royal Air Force. Hij werd hier toegelaten en kreeg identificatienummer '106141', waarna hij begon met zijn opleiding tot navigator. Uiteindelijk volgde Edward zijn operationele opleiding bij No.19 Operational Training Squadron, waar gevlogen werd met de Armstrong Whitworth Whitley.

Na zijn opleiding met de Armstrong Whitworth Whitley succesvol af te hebben gerond, werd Edward einde 1941 ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron.

Bij RAF 102 (Ceylon) Squadron vloog Edward de volgende missies:

  • 30 november op 1 december 1941; Emden, in Whitley Z6959
  • 27 op 28 december 1941; Boulogne, in Whitley Z9362 (Edward was niet in staat het doel te lokaliseren waardoor de bemanning onverrichte zaken terugkeerde, de bommenlading werd voor de Franse kust afgeworpen)

Vanaf januari 1942 werden de tweemotorige Armstrong Whitworth Whitley's bij RAF 102 (Ceylon) Squadron omgewisseld voor de viermotorige Handley Page Halifax. Hierdoor vloog het Squadron vanaf januari 1942 tot april 1942 geen missies zodat de bemanningen en het personeel opgeleid konden worden voor de Halifax. 

Met de Halifax vloog Edward de volgende missies:

  • 5 op 6 mei 1942; Nantes, in Halifax R9530 (in plaats van Nantes werd Cherbourg gebombardeerd)
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

Edward was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Daniel 'Danny' Hanlon werd geboren op 29 juni 1920 als zoon van John en Margaret O'Hare Hanlon, in Kilmarnock, Schotland. Danny had zes broers en zussen: Cathie, Margaret, Mary, John, Thomas en Arthur. 

Cathie, Danny en Margaret in de jaren '30

In het begin van de oorlog meldde Danny zich aan voor de Royal Air Force. Hier werd hij toegelaten en kreeg hij identificatienummer '948764', waarna hij begon aan zijn opleiding tot boordwerktuigkundige. Na zijn opleiding succesvol te hebben afgerond werd Danny einde 1941 ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron.

Danny (rechts) met twee onbekende collega's

Bij RAF 102 (Ceylon) Squadron vloog Danny de volgende missies:

  • 22 op 23 april 1942; Le Havre, in Halifax R9446 (het toestel werd onderweg geraakt door Flak)
  • 30 op 31 mei 1942; Keulen, in Halifax R9423
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

Danny was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Margaret, Cathie, Mary, Arthur en zijn vrouw Isobel bezoeken Danny's graf in Hardenberg

John Emmanuel Sumpton werd op 3 december 1917 geboren in Pipestone, Manitoba als zoon van William Sumpton en Nellie Robertson. John's ouders waren geëmigreerd uit het Verenigd Koninkrijk en eenmaal in Canada werd William barbier. John had één oudere broer, William Sumpton (geboren 1915), en twee jongere zusjes, Margaret Sumpton (geboren 1919) en Jeanette Sumpton (geboren 1921).

John met zijn ouders, gemaakt tijdens John's opleiding bij de RCAF

John volgde zijn basisonderwijs in Pipestone en zat hier ook bij de scouting. In zijn vrije tijd besteedde John graag tijd aan het maken van modelvliegtuigen of zich verdiepen in de mechanismes van radio's. Verder hield hij van baseball, hockey en muziek spelen: John was drummer in een lokale band.

Na zijn opleiding ging John te werk als kruidenier bij L. McMicol in Pipestone. Hier werkte hij van 1935 tot hij in 1936 ontslagen werd in 'moeilijke tijden'. John vond in 1937 een nieuw baantje bij garagehouder W.F. Mann in Pipestone. Hier werkte hij tot 1940 tijdens de spitsuren als hulpje. Tegelijkertijd werkte John ook bij H. Macintyre in Pipestone als hardware klerk en vrachtwagenchauffeur. In 1938 werkte John ook nog even als vatenroller bij Imperial Oil Waterways.

Gezien zijn interesse voor vliegtuigen en techniek, meldde John zich in 1938 aan voor de Royal Canadian Air Force als motormonteur. Op dat moment had de Royal Canadian Air Force hem niet nodig, waardoor zijn aanmelding op de plank neer werd gelegd met de belofte 'we bellen je als we je nodig hebben'. In juni 1940 meldde John zich nogmaals aan. Gezien de omstandigheden ditmaal als vliegtuigbemanning, met als voorkeur boordschutter. John werd toegelaten en kreeg identificatienummer 'R59115', waarna hij kon beginnen aan zijn opleiding als radiotelegrafist en boordschutter. (Na zijn promotie tot Pilot Officer kreeg John een nieuw 'officieren' identificatienummer: 'J/15454'.)

De basisopleiding werd gevolgd in Canada, waarna John op 28 februari 1941 verscheept werd naar Engeland. Hier werd hij ingedeeld bij No.10 Operational Training Unit, te RAF Abington, waar bemanningen werden opgeleid met de Armstrong Whitworth Whitley. Hier rondde John in augustus 1941 zijn opleiding af, waarna hij toebedeeld werd aan RAF 102 (Ceylon) Squadron.

Een Whitley (DY-R) van RAF 102 (Ceylon) Squadron gefotografeerd terwijl er drie andere Whitleys overvliegen

Bij RAF 102 (Ceylon) Squadron vloog John de volgende missies:

  • 14 op 15 augustus 1941; Hannover, in Whitley Z6870
  • 17 op 18 augustus 1941; Bremen, in Whitley Z6761 (de bemanning keerde vroegtijdig terug doordat de rechter motor en onderweg mee stopte. De bommenlast werd afgeworpen waarna ze een noodlanding maakte op RAF Bircham Newton)
  • 6 op 7 september 1941; Hüls, in Whitley Z6959
  • 8 op 9 september 1941; Kassel, in Whitley Z6959
  • 12 op 13 september 1941; Frankfurt, in Whitley Z6959
  • 29 op 30 september 1941; Le Havre, in Whitley Z6949 (bij terugkeer stortte het vliegtuig neer op RAF Upper Heyford, waarna het compleet uitbrandde. John raakte hierbij gewond aan zijn been)
  • 20 op 21 oktober 1941; Wilhelmshaven, in Whitley Z6959
  • 1 op 2 november 1941; Kiel, in Whitley Z9128

Vanaf januari 1942 werden de tweemotorige Armstrong Whitworth Whitley's bij RAF 102 (Ceylon) Squadron omgewisseld voor de viermotorige Handley Page Halifax. Hierdoor vloog het Squadron vanaf januari 1942 tot april 1942 geen missies zodat de bemanningen en het personeel opgeleid konden worden voor de Halifax. 

Met de Halifax vloog John de volgende missies:

  • 5 op 6 mei 1942; Nantes, in Halifax R9530 (in plaats van Nantes werd Cherbourg gebombardeerd)
  • 30 op 31 mei 1942; Keulen, in Halifax R9423
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

John was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Ian Duncan werd op 3 april 1918 geboren als zoon van James Richardson Duncan (1872-1942) en Isabel Joy (1875-1956) in Cardiff, Wales. Ian had twee oudere broers: Ernest Joy Duncan (1899-1958) en James Noel Duncan (1915-1941).

De gebroeders Duncan, van links naar rechts: James, Ian en Ernest

In het begin van de oorlog meldde Ian zich aan voor de Royal Air Force. Hier werd hij toegelaten en kreeg identificatienummer '986460 en werd opgeleiden tot bommenrichter.

Als onderdeel van zijn opleiding werd Ian ook opgeleid tot boordschutter. Deze opleiding volgde hij bij No.7 Air Gunnery School, waar getraind werd op de Armstrong Whitworth Whitley vanaf RAF Stormy Down.

De groep van Ian (voorste rij, tweede van links) bij No.7 Air Gunnery School, september 1941

 

Uiteindelijk werd Ian ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron, hier vloog hij de volgende missies:

  • 30 op 31 mei 1942; Keulen, in Halifax R9423
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

Ian was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Harry Smith werd geboren op 17 juni 1920 als zoon van Harry en Emily Harriet Smith, uit North Ormesby, Yorkshire. Harry trouwde met Grace Smith, ook uit North Ormesby.

Harry en Grace Smith

In het begin van de oorlog meldde Harry zich aan bij de Royal Air Force. Hier werd hij toegelaten en kreeg hij identificatienummer '625189', waarna Harry begon aan zijn opleiding tot boordschutter.

Na zijn opleiding succesvol afgerond te hebben werd Harry ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron. Hier vloog Harry de volgende missies:

  • 30 op 31 mei 1942; Keulen, in Halifax R9423
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie, op Harry's geboortedag, keerde de bemanning niet terug)

Harry was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

De onderscheidingen van Harry Smith

Ernest 'Jacky' Jackson werd geboren op 4 oktober 1919 in Lancashire als zoon van Ernest Jackson (1882-1966) en Edna Barnes (1881-1959). Jacky had één oudere broer, Harry Jackson (1909-1997), twee oudere zussen, Vera Jackson (1910-1995) en Irene Jackson (1916-1999) en één jongere broer, Ronald Jackson (1926-2013).

In het begin van de oorlog meldde Jacky zich aan voor de Royal Air Force. Hier werd hij toegelaten en kreeg hij identificatienummer '976486'. Hierna begon hij aan zijn opleiding tot boordschutter.

Na zijn opleiding succesvol te hebben afgerond, werd Jacky ingedeeld bij RAF 102 (Ceylon) Squadron. Hier vloog Jacky de volgende missies:

  • 30 op 31 mei 1942; Keulen, in Halifax W7712
  • 1 op 2 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (de eerste vlucht in Halifax W7651, hetzelfde toestel waar het twee weken later fout mee zou gaan)
  • 5 op 6 juni 1942; Essen, in Halifax W7712
  • 16 op 17 juni 1942; Essen, in Halifax W7651 (het secundaire doel Bonn werd gebombardeerd. Van deze missie keerde de bemanning niet terug)

Jacky was niet in staat het toestel niet tijdig te verlaten, en kwam bij crash om het leven.

Een aantal bemanningsleden van Halifax W7651 DY-M. Staand, van links naar rechts: Onbekend, William Davies, Ian Duncan, Onbekend, John Sumpton en Daniel Hanlon knielend op de voorgrond. Op de achtergrond een Halifax bommenwerper

Vermoedelijk is één van de onbekenden Edward Lloyd

Door onvoldoende bewolking om veilig Essen te bombarderen weken veel bommenwerpers uit naar het secundaire doelwit. Enkel zestien bommenwerpers bombardeerden Essen door middel van ‘GEE’. Duitse rapporten spreken over drie bommen en 400 brandbommen die in de stand terechtkomen en één burger die gewond raakte. Door dit lage aantal bommen werd dit bombardement door de Duitsers niet opgenomen als een voltallige RAF aanval op Essen. Van de 106 bommenwerpers keerden er acht niet terug. Halifax W7651 DY-M en haar bemanning zouden de vierde zijn die die nacht neerstortten.

Op de terugweg, na het bombarderen van Bonn, werd Halifax W7651 DY-M kort voor 03:00 uur onderschept en aangevallen door een Duitse Messerschmitt Bf 110 nachtjager van 8. Staffel, Nachtjagdgeschwader 1, die afkomstig was van vliegbasis Twente. De Duitse nachtjager werd gevlogen door piloot Oberleutnant Wilhelm Dormann. Halifax W7651 DY-M stortte als gevolg van deze aanval rond 03.00 nabij Radewijk neer. Waarschijnlijk trachtte de bemanning nog een buiklanding te maken waarbij het toestel over de kop sloeg en explodeerde. Alle bemanningsleden kwamen om in de explosieve vuurzee.

Laten we de herinnering levendig houden aan wat Warrant Officer Second Class William Robert ‘Bill’ Davies, Flight Sergeant Francis Garfield ‘Frank’ Peebles, Pilot Officer Edward Frederick Lloyd, Sergeant Daniel ‘Danny’ Hanlon, Pilot Officer John Emmanuel Sumpton, Sergeant Ian Duncan, Sergeant Harry Smith en Sergeant Ernest ‘Jacky’ Jackson voor onze vrijheid deden.

William R. Davies

Piloot

KIA

Francis G. Peebles

Co-piloot

KIA

Edward F. Lloyd

Navigator

MIA

Daniel Hanlon

Boordwerktuigkundige

KIA

John E. Sumpton

Radiotelegrafist

MIA

Ian Duncan

Bommenrichter

MIA

Harry Smith

Boordschutter

KIA

Ernest Jackson

Boordschutter

KIA

Van de bemanning van Halifax W7651 DY-M konden vijf lichamen (gedeeltelijk) geborgen en naderhand geïdentificeerd worden. Zij zijn begraven op de Commonwealth War Graves sectie van de Protestantse Begraafplaats te Hardenberg. De drie andere bemanningsleden werden niet teruggevonden en bleven als vermist beschouwd. Zij worden herdacht op het Runnymede Memorial.

Rust in vrede.

De graven van de vijf bemanningsleden

Heeft u meer informatie over deze crash? Lever het aan!

Het plaatsen van het Lost Wings informatiepaneel is in samenwerking mogelijk gemaakt door Plaatselijk Belang Radewijk.

Leave Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.