
Op 3 februari 1943 vertrok Halifax DT630 VR-T van RCAF 419 (Moose) Squadron om 18:34 uur van vliegbasis RAF Middleton St. George als onderdeel van een aanvalsgolf van 263 toestellen. Het doel van deze aanval was Hamburg. Op de heenweg werden de bommenwerpers verhinderd door slecht weer, waardoor velen van hen voortijdig de aanval af moesten breken.
De bemanning van Halifax DT630 VR-T was in de nacht van dit bombardement op Hamburg vijf minuten te laat met het oversteken van Het Kanaal. Door deze achterstand drukte piloot Jack D. MacKenzie de neus iets naar beneden zodat de snelheid toenam. Het feit dat Halifax DT630 VR-T laat was en daardoor achter de formatie aan vloog was niet het enige probleem van de piloot: het contact met de staartschutter, Alexander H. Milton, was verbroken. Het hele intercomsysteem was gestopt met werken. Jack D. MacKenzie moest de keuze maken om ofwel terug te keren, ofwel door te gaan en te hopen dat de intercom het snel weer zou doen.
Op ongeveer 25 minuten verwijderd van het doelwit werd Halifax DT630 VR-T van achter en onderen aangevallen door – naar wat zij dachten – een Fw 190. Alleen bommenrichter Eric R. Marquand noteerde in zijn rapport dat hij meende dat het een Bf 110 betrof.
In werkelijkheid werd Halifax DT630 VR-T inderdaad door een Messerschmitt Bf 110 aangevallen. Het betrof een Duitse Bf 110G-4 nachtjager van het 10. Staffel, Nachtjagdgeschwader 1, met aan boord piloot Oberfeldwebel Karl-Heinz Scherfling. Hij viel boven Schoonoord op een hoogte van 5300 meter de Halifax en haar bemanning aan.

Oberfeldwebel Karl-Heinz Scherfling, de Duitse piloot die Halifax DT630 VR-T neerschoot
Staartschutter Alexander H. Milton verklaarde later dat een ontwijkende manoeuvre uitgevoerd was, een zogenaamde ‘corkscrew’. Op een of andere manier was dit bevel van Alexander H. Milton richting piloot Jack D. MacKenzie toch doorgekomen, waarop Jack D. MacKenzie de beweging uitvoerde.
De ontwijkende manoeuvre hielp niet: de hele romp van het toestel werd doorboord door het kanonvuur van de Duitse nachtjager. Jack D. MacKenzie en waarschijnlijk ook Lennox A.J. Gonnett, de rugkoepelschutter, werden hierdoor dodelijk getroffen. Het kanonvuur stak tevens de brandbommen aan boord aan, waardoor de essentiële kabels en leidingen, die naar de motoren en de besturing liepen, doorbrandden.
De boordwerktuigkundige, William P. Duthie, trachtte het vuur te doven, maar slaagde hier niet in door de vlambare en moeilijk te blussen aard van de brandbommen. De navigator, William N. Garnett, rapporteerde later dat hij het bevel gaf om het toestel te verlaten volgens een eerder afgesproken opvolging van lichtflitsen. Dit impliceert dat het intercomsysteem nog steeds onbruikbaar was.
Eric R. Marquand, de bommenrichter, was de eerste van de bemanning die het toestel verliet. Hij werd gevolgd door William N. Garnett, die nog checkte hoe het met de rest van de bemanning gesteld was. Hij zag dat de radiotelegrafist Raymond H. Hill nog steeds op zijn positie zat, net zoals William P. Duthie. Beiden maakten zich echter wel gereed om het oncontroleerbare toestel te verlaten. Op dit punt keerde de Duitse jager terug en viel deze de vallende Halifax nogmaals aan.
Eric R. Marquand werd geraakt in de omgeving van zijn oor toen hij zich klaarmaakte om het toestel te verlaten. Alexander H. Milton bleef doorgaan met het onder vuur nemen van de Duitse jager om het weg te jagen, zodat de andere bemanningsleden het toestel konden verlaten. Hij bleef doorvuren tot hij uit zijn koepel viel in de donkere nacht. Het is niet bekend wat er gebeurde met de radiotelegrafist en boordwerktuigkundige en waarom zij het toestel niet verlieten. De tweede aanval van de Duitse jager heeft mogelijk voorkomen dat zij het toestel nog konden verlaten.
Om 20:55 uur stortte Halifax DT630 VR-T in Odoornerveen neer. Alleen Eric R. Marquand, William N. Garnett en Alexander H. Milton slaagden erin het toestel te verlaten. Alle drie werden al snel krijgsgevangenen gemaakt en werden geïnterneerd in Stalag VIIIB (Lamsdorf). De vier overige bemanningsleden kwamen bij de crash om het leven.
Het proces-verbaal over de crash luidt als volgt:
“Op den derden Februari 1900 drie en veertig, omstreeks 20:300 uur, is door mij, Arie Versluis, wachtmeester te Schoonoord, behoorende tot de Brigade Emmen, gezien en waargenomen, dat op een perceel bouwland te Schoonoord, gemeente Sleen, een vliegtuig was neergestort hetwelk geheel is uitgebrand.
Bij onderzoek bleek het een Engelsche viermotorige bommenwerper te zijn.
Nabij en tusschen de wrakstukken van dat vliegtuig zijn gevonden de verminkte en gedeeltelijk verbrande overblijfselen van drie personen welke, naar de kleeding te oordelen, tot de bemanning van dat vliegtuig hebben behoord.
De identiteit van deze personen is door mij niet kunnen worden vastgesteld.
De overblijfselen van deze drie personen zijn op 5 Februari 1943 naar het lijkenhuis van de algemene begraafplaats te Sleen overgebracht.
Waarvan door mij, wachtmeester, persoonlijk is opgemaakt dit proces-verbaal, op den eed bij den aanvang mijner bediening afgelegd, en verzonden aan den Heer Burgemeester der Gemeente Sleen.
Gesloten te Schoonoord, 5 Februari 1943.“
Laten we de herinnering levendig houden aan wat Pilot Officer Jack Douglas ‘Mac’ MacKenzie, Sergeant William Nelson Garnett, Sergeant William Peter Duthie, Warrant Officer Second Class Raymond Hepton ‘Ray’ Hill, Sergeant Eric Raymond Marquand, Warrant Officer Second Class Lennox Aylwin James Gonnett en Flight Sergeant Alexander Henry ‘Alec’ Milton voor onze vrijheid deden.

Jack D. MacKenzie
Piloot
KIA

William N. Garnett
Navigator
POW

William P. Duthie
Boordwerktuigkundige
KIA

Raymond H. Hill
Radiotelegrafist
KIA

Eric R. Marquand
Bommenrichter
POW

Lennox A.J. Gonnett
Rugkoepelschutter
KIA

Alexander H. Milton
Staartschutter
POW
De gesneuvelde bemanningsleden van Halifax DT630 VR-T liggen begraven in de Commonwealth War Graves sectie van de Algemene Begraafplaats te Sleen.
Rust in vrede.




De graven van de bemanningsleden
Het plaatsen van het Lost Wings informatiepaneel is in samenwerking mogelijk gemaakt door de Historische Vereniging Carspel Oderen.
Heeft u meer informatie over deze crash? Lever het aan!
Craig Mackenzie
Chris Timmer
Beheer