Breng mij naar het informatiepaneel!
Met het einde van de oorlog in zicht werden de geallieerde bombardementen alleen maar heviger. Op 24 februari 1945 werden er 1114 bommenwerpers, waarvan 834 B-17 Flying Fortresses en 280 B-24 Liberators, naar verschillende doelwitten in Duitsland gestuurd. Onder andere de olieraffinaderijen in Hamburg en de Deschimag U-bootwerven te Bremen werden zwaar bestookt. Ter bescherming van de bommenwerpers werden er 592 P-51 Mustang jagers meegestuurd. De Duitse weerstand is licht in deze laatste dagen: zij claimden één B-17 Flying Fortress en één P-51 Mustang.
Als onderdeel van de escorte van 592 jagers steeg op 24 februari 1945 om 14:00 uur Second Lieutenant Sylvester J. Evans in de P-51K Mustang 44-11750 ‘Lonesome Polecat Jr.’ op van de Amerikaanse vliegbasis A.84 Chièvres in België. Hij had als doel om de bommenwerpers naar Bremen te escorteren. Sylvester J. Evans behoorde tot 328th Fighter Squadron, 352nd Fighter Group.
P-51K 44-11750 ‘Lonesome Polecat Jr’ met op de vleugel de ‘oorspronkelijke’ eigenaar Captain Frank Louis Kebelman Jr.
Bron: 352nd Fighter Group Association
Tijdens deze missie is P-51K Mustang 44-11750 ‘Lonesome Polecat Jr.’ door Duits Flak beschoten op ongeveer 3 kilometer ten zuidoosten van het Amsterdamsche Veld. Johannes Germers, toendertijd wonende aan de Griendtsveenstraat in Erica herinnerde zich het volgende: “einde februari/begin maart stortte er een Amerikaanse jager zo’n 100 meter voor mijn huis neer. Het toestel kwam uit een formatie van vier. Na de crash wist de piloot uit het toestel te klimmen, maar verloor vlak hierna het bewustzijn. Samen met Gerrit Postma tilde ik hem van het toestel af“. Samen met Gerrit Postma verzorgde Johannes Germers de piloot, Sylvester J. Evans. Dokter D.J. Stukje-Arst uit Erica verleende medische hulp.
Voor meer informatie over Sylvester J. Evans, klik op onderstaande uitvouwbare balk.
Second Lieutenant Sylvester Joseph 'Joe' Evans
Sylvester Joseph 'Joe' Evans werd geboren op 31 december 1922 als zoon van Joseph Emanovsky 'Evans' Jr. en Marie Mixan te Astorio, New York. Zijn vader was echter getrouwd met Mary Jeanette Cisar. Joe had één broertje; Harry (1926).
Na zijn opleiding ging Joe op zijn 19e werken bij Ford Instrument Company. Niet veel later meldde hij zich aan voor bij de Amerikaanse luchtmacht. Hier werd hij toegelaten en kreeg hij uiteindelijke identificatienummer 'O-820098'.
Na zijn training voltooid te hebben werd Joe toebedeeld aan 328th Fighter Squadron, 352nd Fighter Group. Bij deze eenheid vloog Joe meerdere missies als escortejager.
In januari 1945 werd Joe onderscheiden met de Air Medal voor zijn daden als jagerpiloot.
Ter gelegenheid van zijn onderscheiding werd er een klein artikeltje in The Brooklyn Daily Eagle gepubliceerd, 15 januari 1945.
Tijdens de laatste missie van Joe, op 24 februari 1945, wist hij een geslaagde noodlanding te maken. Hierbij raakte Joe gewond, waarop hij na zijn gevangennamen werd afgevoerd naar het ziekenhuis in Emmen. Na hersteld te zijn van zijn verwondingen werd Joe overgeplaatst naar het krijgsgevangenenkamp Stalag Luft I.
Uiteindelijk werd Joe bevrijdt, waarna hij terugkeerde naar de Verenigde Staten. Hier trouwde hij in augustus 1946 met Dorothy Diller. Samen kregen zij vier kinderen.
Joe kwam op 19 december 1994 te overlijden te New York.
De crash was niet onopvallend gebleven, want niet veel later waren ook de Landwacht en een aantal Duitse soldaten aanwezig. Zij namen Sylvester J. Evans meteen gevangen en voerden hem af naar Emmen.
Laten we de herinnering levendig houden aan wat Second Lieutenant Sylvester Joseph ‘Joe’ Evans voor onze vrijheid deed.
Sylvester J. Evans
Piloot
POW
Sylvester J. Evans, piloot van P-51K Mustang 44-11750 ‘Lonesome Polecat Jr.’, wordt geïnterneerd in Stalag Luft I.
Heeft u meer informatie over deze crash? Lever het aan!
Patrick McNamara